Selecteer een pagina

Migmatieten

U bevind zich hier: Home » Steensoorten » Metamorfieten » Migmatieten (metamorfieten)

a. Migmatieten algemeen   –   b. Migmatieten structuren

a. Migmatieten algemeen.

Migmatieten, ook wel aangeduid als migmatietgneizen of menggneizen zijn veel voorkomende zwerfstenen. Vandaar, dat we er hier ook extra aandacht aan besteden. Migmatieten komen voor in allerlei verschijningsvormen. Vanwege hun fraaie uiterlijk worden deze harde gesteenten veel gebruikt voor commerciële doeleinden.
Veel gneisachtige stenen zijn zuivere migmatieten Het is bij de determinatie van migmatietachtige stenen nogal eens lastig om vast te stellen of we de steen een migmatiet of een gneis moeten noemen. Zolang er in de lichte granitische delen van de steen nog donkergekleurde gneisrestanten voorkomen of de lichte mineralen lineair gericht zijn, spreekt men van een gneis, anders van een migmatiet of migmatietgneis. Ook de Stockholmvlekkengesteenten en de Västervikgneis zijn migmatieten.

Migmatieten ontstaan tijdens gebergtevorming, als reeds bestaande gesteenten weer enkele tientallen kilometers de aarde worden ingeduwd. Deze gesteenten komen hier bloot te staan aan zeer hoge temperaturen (hoger dan 600 gr. Celcius) en een enorme druk. Ten gevolge van deze hoge temperatuur en druk vindt er een opsmelting plaats van de lichtgekleurde mineralen. Dit zijn vooral kwarts en veldspaten. Voor het smelten van de donkere mineralen is de temperatuur echter nog te laag. De opgesmolten mineralen hopen zich op en scheiden zich uiteindelijk van de niet gesmolten mineralen, waarna ze ten slotte stollen in allerlei gesteentestructuren. (banen, vegen, opeenhopingen) Op deze manier ontstaat er een soort “menggneis”. De niet gestolde mineralen vormen het metamorfe gedeelte van de steen; de opnieuw gestolde mineralen het deel dat we tot de stollingsgesteenten kunnen rekenen.

Voor de verschillende delen waaruit migmatieten zijn samengesteld, zijn enkele benamingen in gebruik. Het oudste, nog metamorfe gedeelte wordt “paleosoom” genoemd en het nieuw gevormde magmatische gedeelte wordt betiteld als “neosoom”. Deze neosoom bestaat vaak weer uit twee delen nl het lichtgekleurde deel dat men “leukosoom” noemt en een uit donkere mineralen bestaande rand die als “melanosoom” bekend staat. De leucosoom is ontstaan, doordat bij de gedeeltelijke omsmelting van kwarts en veldspaat deze mineralen in de leucosoom zijn terechtgekomen en daar zijn gestolt. Niet alle migmatieten hebben een dergelijke melanosoom.
Over het exacte ontstaan van migmatieten bestaan nog wel onduidelijkheid. Er gaan ook stemmen op, om de migmatieten binnen de metamorfe gesteenten als een aparte groep te beschouwen, omdat de ontstaanswijze afwijkt van die der andere metamorfieten.

b. Migmatieten. Structuren

Het aantal structuren van migmatieten is ontelbaar en tussen de verschillende structuren bestaan ook nog weer allerlei overgangen. K.R. Mehnert heeft wat structuur betreft de migmatieten verdeeld in een aantal hoofdtypen. Deze typen worden door Huisman in zijn website “Kijk eens omlaag.nl” uitgebreid besproken. Wij beperken ons hier tot het tonen van enkele typen met bij de foto een korte beschrijving. De verschillende structuren zijn gewoonlijk ontstaan door druk.

Migmatieten. Stictolitische structuur.

Migmatieten met een stictolitische structuur zijn gesteenten met opvallende vlekken. Vandaar dat deze stenen dan ook vaak vlekkengesteente of vlekkenkwartsiet worden genoemd. Een aantal zou afkomstig zijn uit het Stockholmgebied, maar dit blijkt niet het geval te zijn. Dhr. M. Torbohm heeft in de omgeving van Västervik in N.O. Småland  vlekkenkwartsieten gevonden die veel overeenkomsten vertonen met de hier getoonde stictolitische migmatieten. De vlekken in die gesteenten hebben echter een witte kern (waarschijnlijk vooral sillimaniet) en een donkere,  soms wat roodachtige rand.
Bij stictolitische migmatieten bestaat de kern van de vlekken uit de donkere mineralen biotiet en cordieriet, aangevuld met veldspaat en kwarts. Hierdoor zijn de kernen niet altijd donker gekleurd. De lichte randen bestaan uit veldspaat en kwarts, die door opsmelting tijdens de matamorfose uit de kern zijn verdwenen. De onveranderde grondmassa noemt men de paleosoon, de donkere kernen de melanosoom en de witte randen de neosoom.
Ook de Västervik vlekkengesteenten/-gneizen zijn migmatieten, maar deze komen aan de orde bij de Smålandgesteenten.

Terug naar: Metamorfieten